Als tiener vond ik het raar dat ik mijn ogen moest opmaken met een kleurtje en prikkend zwart spul. Hoe zwarter, hoe beter, want dan werden je wimpers verleidelijk. Verleidelijk? Ik deed het, waarna mijn ogen jeukten, prikten en traanden. Dan vergat ik dat er mascara op mijn wimpers zat en wreef erin, waardoor mijn ogen eruit zagen alsof ik een robbertje had gevochten. Geen succes dus, en zeker niet verleidelijk. Nagels lakken. Werd ook niets. Uit wanhoop greep ik naar blanke lak. Dan zag je niet dat ik mijn nagels had gelakt, maar had ik er wel wat aan had gedaan.
Op het gebied van outfits deed ik vroeger maar wat, denk ik nu. Op foto’s draag ik kleding die ik toen mooi vond, maar die je nu linea recta naar de kledingbak zou brengen. What was I thinking?
Nee, dan schoenen. Pumps vond ik prachtig. Mijn moeder droeg ze, met hakken van 10 cm hoog. Hoe ze erop liep, is mij nog steeds een raadsel. Ik kon het niet. Die schoenen waren smal en mijn voeten zijn breed, met een hoge wreef. Daarbij verzwikten mijn enkels al op queenies, liep ik al jong hielspoor op, waarvoor ik gelhieltjes in mijn schoenen moest doen tegen de pijn. Vaarwel hoge hakken.
Na de geboorte van mijn kinderen werd ik dikker, waardoor het steeds moeilijker werd om leuke kleding te vinden. Tenten waren er, wijde positiejurken, om je buik in te verbergen. Meer niet. Pas ver in de jaren tachtig deed de grote maten mode haar intrede. Dúúr, maar erg leuk. Dus ik kon mijn hart ophalen. In 1998 begon mijn zus een grote maten winkel. Zij had smaak en ik kocht haar combinaties. Vermoedelijk was ik haar beste klant. En ik liep mee in haar modeshows, wat dat voor je ego doet! Iedereen kijkt naar je, vindt mooi wat je draagt en ze willen allemaal aan het stofje voelen. Mijn zelfvertrouwen groeide meters.
Het winkeltje van mijn zus is alweer enige tijd ter ziele. Ik heb nog lang op haar collectie geteerd, maar sinds een paar jaar doe ik het weer zelf. Ik kies vaak voor zwart, omdat dat altijd staat. Omdat je dat met elke kleur kunt combineren. En omdat het slanker maakt. Ik loop op gemakkelijk platte schoenen en heb één paar met een duizelingwekkende hoge hak. Maar die doe ik pas aan als ik zit en niet snel weer weg hoef.
Op mijn gezicht gebruik ik tegenwoordig een klein beetje foundation. Ik poets wat vlekjes weg en smeer voorzichtig een beetje oogschaduw op mijn bovenste oogleden, zodat er niets – of maar weinig – in mijn ogen kan komen. Ik doe niet aan mascara. En wie mij zo niet zien wil, die kijkt de andere kant maar op.
Leuke blog!