In de Volkskrant van afgelopen zaterdag (13-7-2019) stond een artikeltje over een gezin met vier kinderen (2 tot en met 10 jaar oud). De moeder vertelde dat ze het lastig vindt om, met een beperkt budget, iedereen een fijne vakantie te bezorgen. Ze hebben het, naar eigen zeggen, niet breed, maar verdienen net te veel om in aanmerking te komen voor voorzieningen waarmee je leuke kortingen kunt krijgen.
Dat snap ik, maar als ik lees wat zij organiseren in de vakantie, denk ik; dat is toch een kwestie van perspectief? Want wat doen ze? In de zomervakantie gaan ze twee weken naar een camping in Nederland. Dat betalen ze met het vakantiegeld dat ze in mei krijgen en met een deel van de kinderbijslag. Ze gaan niet uit eten, maar koken gewoon iedere avond zelf en doen leuke dingen in de omgeving van de camping, zoals een kabouterpad wandelen en een speurtocht volgen. Daarnaast gaan de drie oudste kinderen een weekje op kamp met scouting en gaat de vader die week mee als vrijwilliger. De rest van de vakantie zijn ze thuis en doen ze dingen in hun eigen stad: naar de speeltuin, voor 1 euro naar het zwembad of ze doen mee aan een sportactiviteit. Mevrouw vindt het allemaal niet makkelijk, maar heeft haar kinderen nog nooit horen klagen, behalve dat de zoon van zeven de schoolvakantie veel te lang vindt duren.
Nee, denk ik dan, natuurlijk klagen die kinderen niet. Die weten niet beter. Het is namelijk een kwestie van perspectief.
Foto van gratisography
Toen ik zo oud was als de kinderen van dit echtpaar, waren mijn ouders ronduit arm. Mijn vader had twee banen en mijn moeder naaide thuis jassen in elkaar voor een atelier. Als we in de vakantie al weggingen, waren dat hooguit dagjes uit; met het hele gezin naar het zwembad, op de fiets naar het strand, of naar het Amsterdamse Bos, en dezelfde dag weer terug. Bij hoge uitzondering gingen we een dagje met de trein iets verder weg. Pas in de jaren zestig huurden mijn ouders een week, of soms zelfs twee weken, een huisje, waar we dan precies hetzelfde deden als thuis, alleen lekker buiten. Omdat we geen auto hadden, gingen we daar op de fiets heen, met de bagage achterop. De rest van de vakantie speelden we voor de deur, logeerden we een paar dagen bij oma of een tante, gingen we een weekje op kamp met de kerk, of af en toe een dag weg via het nabijgelegen buurthuis. Wij hadden het iedere vakantie weer heerlijk, ook al vond ik zelf die zes weken ook te lang en was ik blij als de school weer begon. Naar het buitenland gingen we niet. Pas eind jaren zestig ging ik -met een vriendin- naar Spanje met het vliegtuig. Mijn ouders hadden toen een auto en konden zich, met de jongste kinderen, inmiddels reisjes met de tent naar Duitsland permitteren.
Toen ik later zelf kinderen kreeg, ging het precies zo. Ook wij werkten met zijn tweeën en hadden het niet overdreven breed, al hadden we al iets meer te besteden dan mijn ouders. En ook wij gingen als vrijwilliger mee met kinderkampen waar onze kinderen aan meededen. Wij hadden wel al een auto, wat makkelijk was als we gingen kamperen of ergens een huisje huurden. Hartstikke leuk allemaal. En verder logeerden de kinderen bij opa en oma of bij een tante. Aan scouting of de kerk deden we niet meer, dus ook wij hadden moeite om die zes weken schoolvakantie rond te krijgen. Pas toen ze op de middelbare school zaten, reisden we wat verder; naar Duitsland, België of Frankrijk. Maar nog steeds met de auto, en nog steeds met de tent of in een huisje.
Foto van Pixabay
Terwijl de mensen uit de vijftiger, zestiger en zeventiger jaren het al geweldig vonden als ze überhaupt in Nederland op vakantie konden, ging men, door de toenemende welvaart, steeds verder weg. Maar de kinderen vonden alles even leuk, want vakantie, dus lekker vrij en leuke dingen doen met vader en moeder. Vanaf de jaren tachtig, en zeker negentig, was eenmaal per jaar naar het buitenland wel het minste. Bij voorkeur met het vliegtuig, maar als het niet anders kon, met auto en caravan (en met tien kilo aardappelen in de achterbak). En de kinderen vonden nog steeds alles even leuk, want vakantie, dus lekker vrij en leuke dingen doen met vader en moeder.
Doordat onze vakanties de afgelopen vijftig jaar steeds luxer werden, vinden jonge gezinnen het tegenwoordig dus lastig om met het hele gezin op vakantie te gaan, want dat is zo duur. Maar wat dit gezin uit de Volkskrant tijdens de kindervakantie doet, is precies hetzelfde wat wij in de jaren vijftig en zestig, zeventig en tachtig deden, wat nog steeds heel veel mensen tegenwoordig doen, en waar kinderen nog altijd uitgebreid van genieten; vakantie, dus lekker vrij en leuke dingen doen met vader en moeder.
Het is dus allemaal een kwestie van perspectief.
Helemaal mee eens. Mijn jeugd was wel vergelijkbaar met je jouwe. Toen ik 10 was kochten mijn ouders een auto dus ging het iets makkelijker. Een extra dagje strand was geweldig. Toen ik 16 was mocht ik met oom en tante en iets jongere neef mee kamperen. Zwitserland, Italië, Oostenrijk.
In mijn huwelijk konden we ons ook geen gekke dingen permitteren. Maar we gingen wel op vakantie. Met ons budget kon ik me dan net iets meer lekkere dingen veroorloven dan in het gewone leven en liep dan in een supermarkt rond zonder dat ik hoefde te beknibbelen. Wat een luxe was dat.
Nee, die kinderen weten niet beter en zijn dus gewoon overal blij mee!
Ik denk dat die mevrouw die vakanties zelf een beetje minnetjes vindt en dat ze veel liever met het vliegtuig naar Spanje of Italië gaat. Maar ja, dat is dus echt veel te duur met vier kinderen en een modaal salaris. En kinderen maakt het inderdaad niet ut. Die vinden het overal leuk en met een tweejarige zit je echt niet graag uren op het vliegveld en in een vliegtuig, laat staan met vier van die doerakken. 🤩
Klopt helemaal hoor! Maar als je kinderen het leuk hebben heb je het zelf toch ook leuk?
Wij huurden ooit een camper voor 2 weken. Kinderen waren 16 en 18. Ze vonden het maar niks, elke keer ergens anders heen. De laatste week zijn we op een camping blijven staan. Voor niet-kampeerders bijzonder en zeker met een camper. Maar zij hebben het geweldig gehad en daar ging het ook om.
Dat vind ik dus ook; als je kinderen het fijn hebben, heb jij ook een goede vakantie. Zeurende blagen achterin een auto omdat je steeds ergens anders heen reist, is voor allemaal niet leuk!
Geweldig en vergeet naast die 10 kilo aardappelen de koffie niet, haha.
Ja precies de koffie, want die was in het buitenland helemaal niet lekker en zo duur hahaha.
Helemaal eens!
Wij hadden wel een auto en gingen vroeger naar Duitsland of Oostenrijk op vakantie. Maar de leukste herinneringen heb ik aan het grasveld aan de achterkant van ons rijtjeshuis, waar alle kinderen in de buurt zich de hele zomer vermaakten. We bouwden tentjes van oude gordijnen, speelden daar de hele dag.
Wij woonden op twee hoog, maar hadden een plantsoentje voor de deur waar de jeugd uit de buurt zich hele dagen vermaakte. Was ook hartstikke leuk.
Inderdaad, een kwestie van perspectief.
De vrouw uit het artikel biedt de kinderen toch aardig wat. Wat wil ze eigenlijk, met het budget dat ze hebben?
Tja, ik denk dat die mevrouw als kind geen idee had dat vakanties altijd (vakantie)geld kosten en en nog en beetje meer. En nu ze er zelf voor staat, vindt ze zichzelf een beetje zielig, want ze krijgt geen korting op voorzieningen terwijl ze vindt dat ze toch niet zo heel veel verdienen. (wat overigens ook een kwestie van perspectief is) Maar ik denk dat, wat ze allemaal doet, ze gewoon haar geld besteedt aan wat ze kan besteden en dat is echt niet weinig. Eigenlijk wil ze met haar kinderen ieder jaar naar Italië, omdat haar man daar vandaan komt. Maar dat kunnen ze niet betalen. Nee, natuurlijk niet: vliegen is duur en zeker met vier kinderen boven de twee.
Het grappige is dat het artikel de kop had “ook met een klein budget kun je als groot gezin fijn op vakantie”, de insteek was dus op zich positief. Maar ik vond de uitkomst toch een beetje klagerig.
https://www.volkskrant.nl/columns-opinie/ook-met-een-klein-budget-kun-je-als-groot-gezin-fijn-op-vakantie~bffe0e15/