Houston, here we come

12-4-2010

Het Kerkdistrict
We hebben vandaag de groep (our new family volgens reisjuf Ashley) verlaten. We hadden geen zin om meteen weer een paar uur in de bus te zitten. Wij wilden een rustig dagje en een beetje rondkijken in Housten. In het Church District staan tien enorme churchen naast en tegenover elkaar. En maar beieren. Uren lang, eerst de een, dan de ander ( logisch natuurlijk; ze willen allemaal hun eigen klok horen, en tien tegelijk is wat rommelig). Het oogt allemaal heel imposant, want het zijn geen minne kerkjes en ze staan niet op lullige pleintjes. Trouwens, de kerkgangers zijn ook niet de minsten. Dure wagens op de parkeerterreinen, al dan niet tweedehands. Allemaal mooi aangekleed en ook niet zomaar een paar, nee, echt nog zoals bij ons dertig jaar geleden – lange rijen mensen. Maar het oogde wel gezellig eigenlijk – na afloop was er bij de een koffie in de tuin, bij de ander hingen feestelijke ballonnen en bij de derde stonden ze genoegelijk met zijn allen in het zonnetje een beetje na te praten. Speeltuintjes voor de kinderen op steenworpafstand.

Samoerai en Alice Neel
Het Museum of Fine Art, waar we heen wilden, was nog niet open. Dus wandelden we een beetje in de rondte. Prachtige omgeving, mooie brede lanen, enorme bomen en parken. Overdadige bloemenpracht. Mooi mooi mooi. Al wandelend kwamen we in een park waar de Japanse gemeenschap een soort van festival hield. De bekende Japanse trommelaars (ben even hun naam kwijt, maar echt zéér, zéér beroemd) trommelden dat het een lieve lust was. Zootje Samoerai krijgers met zwaarden, Japanse kindertjes in kimono, lekkere hapjes, origami, enzovoort enzoverder. Ik heb er een prachtige broek gekocht, gemaakt van een originele kimono. Daarna toch nog naar het Museum of Fine Art. Niet één gebouw, maar drie, aan elkaar verbonden met onderaardse gangen. Wat een collectie; een tentoonstelling van Alice Neel met geweldige schilderijen van haar hand. Heel expressief. Vooral haar portretten vind ik adembenemend.

Wat zijn de mensen groot!
Alles is hier groot; de straten, de gebouwen, de hoeveelheden, de mensen. Vooral de mensen. Man, wat zijn die hier groot. En aardig. In eerste instantie denk je; wat gebeurt hier? Iedereen lacht, is vriendelijk, wil een praatje met je maken, maar je went er snel aan moet ik zeggen.

Morgen rijden we naar… ehm …. Weet ik even niet, maar vast wel iets leuks, interessants, of anderszins de moeite waard. En naar een nieuw hotel, waar we overmorgen weer vertrekken. Wel vermoeiend vind ik hoor. Ben net hier gewend en hier is ook nog heel veel meer te zien. Maar ja, we’ll go with the flow zullen we maar zeggen.

Goeie mop!
En vanavond hebben we toch maar weer Chinees gegeten. Iets anders is hier niet voorhanden. Maar het eten was beter dan die van gisteren. Leuke ober; kwam van Ambon, had een aantal jaren in Rotterdam gewoond, was nu vijf jaar in Houston. Sprak nog een beetje Nederlands (niet onverdienstelijk vond ik) en begon dat meteen op ons te oefenen. Er mocht ook meteen niemand anders meer aan ons tafeltje komen bedienen. Hij vond dat Amerikanen niet kunnen koken, wat natuurlijk wel een beetje klopt.
Bij ons vertrek had hij nog een goede mop voor ons; de Belgen hebben een nieuw metaal uitgevonden waar je doorheen kunt kijken. Weet je hoe het heet?*

* kippengaas (hartstikke leuke clou, ik rol van mijn stoel hier).

Delen

Geef een reactieReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

A WordPress.com Website. door Anders Noren.

Omhoog ↑

Mobiele versie afsluiten
%%footer%%