Bangkok heeft vele grachten en watertjes en gisteren zijn we die grachtjes opgegaan.
Eerst met een gewone waterbus. Hartstikke leuk, al moet je heel snel in- en uitstappen, want de kapitein wacht geen seconde langer dan nodig is. Het is een rondvaart op zichzelf.
Vervolgens ging het over de kleinere klongs, in een bootje met zijn vieren en een soort van losse vrachtwagenmotor aan het eind. Met een chauffeur die dacht dat wij het leuk zouden vinden als hij een beetje stoer door die grachtjes scheurde. Vond ík niet zo fijn (en dat is zacht uitgedrukt).
Op de terugweg opnieuw in een longtailboat waarbij we enorme capriolen moesten uithalen om weer op de wal te komen; bootje langszij een aanlegplaats voor de bus, dus klimmen via de rand van het bootje, op een autoband die aan de kant hing, en zo op de wal. Een van de heren in het gezelschap ging dan ook helemaal kopje onder. Met het kroos in zijn haar werd hij weer op de boot getrokken, waarna hij het nog een keer mocht proberen. Zijn dochtertje (4) vroeg zich later af waarom papa haar daarna nou had opgetild om uit de boot te gaan en mama niet, want “nou heb ik óók een hele natte broek”.
Geef een reactie