Elf was ik. Misschien twaalf. Mijn vriendje Jos, een jaar ouder, kwam mij vaak na het eten halen. Dan zaten we dicht naast elkaar in het trappenhuis en luisterden naar zijn transistor radiootje. Mijn vader vond dat niks. Met zijn tweeën. Op die trap. Met de buitendeur dicht. Dus af en toe trok hij aan het touw (wij woonden op twee hoog) waardoor de deur openging. “Oh,” riep hij dan quasi onschuldig naar beneden, “ik dacht dat er gebeld werd”. Dat gebeurde om de tien minuten, tot hij om half acht naar beneden riep; "Joke, je pyjama ligt klaar,... Lees verder →