In Rosa’s dromen was het intussen wat rustiger geworden. Langs de wegen die zij ging, stonden nog zelden mensen te juichen en ze liepen al helemaal niet meer met haar op. Een enkeling riep haar iets toe uit een raam, of zwaaide naar haar vanaf een verderop gelegen brug, maar verder gebeurde er weinig. Ze zocht allang niet meer naar in- of uitgangen. De wegen waar ze overheen zwierf, waren vlakker en beter begaanbaar geworden. Kinderen zag ze niet meer en ook het meisje uit haar vroegere dromen had zich al jaren niet meer vertoond. Af en toe miste ze het kind wel, maar al te lang stond ze er nooit bij stil. Zij reisde vol overtuiging door naar het onbekende en had daar niemand meer bij nodig.
Morgen wordt Rosa zesentachtig. Na haar derde, virtuele, leven verdween ook haar eerste leven langzaam maar zeker uit haar geheugen en sinds vorig jaar verblijft ze in een ruimte die ze maar half herkent. Ze droomt zich door haar dagen. Ze zou niet kunnen vertellen wanneer ze wakker is en wanneer ze slaapt. So
Een mooi einde aan een interessant vijfluik. In de toekomst zullen er nog heel wat Rosa’s bijkomen. Arme Rosa, zo wegzakken in de vergetelheid. Het denken is weg. Maar wat voel je nog? Is er nog iets of is dat wat is afgesneden van de dagelijkse werkelijkheid. Leef je misschien al heel bewust in een andere wereld waar levenden geen toegang toe hebben? Wat weten we eigenlijk weinig over jou en over onszelf.
Mooi verhaal en ook ik heb het graag gelezen